Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En Jezus ging uit en vertrok van den tempel; en Zijn discipelen kwamen bij Hem, om Hem [1]de gebouwen des tempels te [2]tonen. 1. Van de grootheid, sterkte en heerlijheid dezer gebouwen, zie den historieschrijver Josefus Antiq. lib. 15, cap. 14. 2. Dewijl Christus voorzegd had in het voorgaande hfdst.23 vs.38, de verwoesting der stad en des tempels, zo schijnt, dat de discipelen daarom deze gebouwen Hem getoond hebben om te kennen te geven dat het hun docht of onmogelijk of jammer te wezen, dat zulk een heerlijk gebouw zou verwoest worden.